grupodebicicleta.reismee.nl

Boulevarddag

12 mei 2019 Porto-Praia da Barra (bij Aveiro) 80 km en bijna 200 hoogtemeters

In Porto en overigens tijdens de hele rit van vandaag was het stralend weer met temperaturen ruim boven de 30 graden. De aanvankelijk nog redelijk stevige oostenwind werd gaandeweg de dag steeds minder. Optimale fietsomstandigheden dus weer. Maar voordat we op de fiets zijn gestapt hebben we eerst in de buurt van een kathedraal op een terras in het ochtendzonnetje ons ontbijt genuttigd. Daarna nog een rondje met een historisch trammetje door Porto alvorens we rond half twaalf de fietsen vanuit hun prachtige stalling weer enkele trappen hebben laten zakken tot op de parkeerplek voor het hotel. Aangezien er in Porto geen enkele weg honderd meter recht lijkt te liggen en er soms zelfs hellingen van meer dan 15% moeten worden overwonnen, zagen we een beetje op tegen onze uittocht uit de stad. Maar kennelijk hadden we gisteren al genoeg hoogte gewonnen tijdens onze rit naar het hotel. Daardoor ging het nu eigenlijk alleen maar naar beneden. Op het laagste punt aangekomen fietsten we door een tunnel om direct daarna over het onderste gedeelte van een enorme brug naar de zuidzijde van de rivier de Douro over te steken. Daar was het een drukte van belang. Het ene restaurant na het andere en vele porthuizen waar grote groepen mensen op afkwamen. Daarnaast veel inwoners van Porto die hier op een stralende zondagmorgen volop aan het flaneren waren. Een grote groep motorrijders maakten de feestvreugde compleet. Onze route liep precies door hun static show maar niemand die daar maling aan had. Daarna werd het even rustig en dachten we het gewoel met af en toe een hoog testosterongehalte achter ons te laten maar niets was minder waar. Om de hoek waar de rivier de Douro uitmondde in de Atlantische oceaan begon een lang traject waar de ene boulevard werd afgewisseld door de andere. Op deze mooie zondag was een groot gedeelte van de Portugese bevolking er op uitgetrokken om zich te verpozen aan de kust. Af en toe laverend en luid bellend fietsten we door de meute die doorgaans nergens acht op sloeg en zeker niet op een paar idiote Nederlandse fietsers. Gelukkig zijn er geen ongelukken gebeurd. Af en toe werd het boulevard traject afgewisseld door prachtige natuurgebieden. De eerste was een moerasachtig gebied met mooie vegetatie wat me deed denken aan de slufter op Texel. Maar dan een gebied waar je over mooi aangelegde vlonders kon fietsen. Vervolgens, na weer vele boulevards te zijn gepasseerd, reden we vele kilometers door een glooiend gebied met uitgestrekte naaldbossen dat me heel sterk deed denken aan het Franse gebied van Les Landes, inclusief de sterke geur van hars en dennennaalden. Ook hier weer een prachtig aangelegd fietspad dat door het gebied liep. Dat fietspad eindigde in het plaatsje Furadouro waar we op de boulevard, tja, neerstreken voor een consumptie. Mijn temperatuurmeter op de Garmin wees inmiddels ruim 34 graden aan dus moest onze vochtbalans regelmatig worden bijgevuld. Daarnaast was overleg noodzakelijk omdat het vervolg van de route ogenschijnlijk in het nietseindigde op een soort langgerekt schiereiland. Dat kon niet de bedoeling zijn en we wilden ons niet negatief laten verrassen. Navragen bij de exploitant van het café bracht de gewenste uitkomst. De weg naar het zuiden naar São Jacinto bleek niet dood te lopen, er ging een pontje, en voerde bovendien langs een prachtig natuurgebied. Enige haast was geboden want de man dacht dat het pontje om vijf uur nog wel ging maar daarna niet meer. Gelet op de afstand en onze gemiddelde snelheid moest dat lukken. Verder zuidwaarts dus weer langs een grote binnenzee die me erg deed denken aan het Franse gebied van de Camarque. Grappig dat je zo op één dag in Portugal een aantal gebieden passeert die je sterk moet laten denken aan andere delen in Europa. De afstand naar São Jacinto leken we moeiteloos te halen met heerlijk fietsen over een wederom prachtig aangelegd fietspad totdat, boem, er zich ineens midden op het fietspad een enorme struik bevond. En, wat erger was, na de struik was er überhaupt geen fietspad meer te bekennen. En dat terwijl er nog 12 kilometer tot São Jacinto op het bord stond. Het deed me een beetje denken aan seks uit heel vroeger jaren toen de kinderen nog zo op je slaapkamer konden staan. Maar goed, terug naar de autoweg dan maar om het laatste stukje af te leggen. Ruim op tijd bereikten we de plek waar de boot zou afvaren naar Praia da Barra, onze beoogde overnachtingsplek. We hadden ons oog laten vallen op hotel Barra, hoe toepasselijk, naast de vuurtoren die we vanaf de pont al konden zien. Alleen wisten we nog niet dat er tussen de aanlegplaats van de pont en de bewuste vuurtoren nog een enorme plas water zat. Daar moesten we dus eerst nog enkele kilometers omheen voordat we na een hoge brug het plaatsje Barra inreden. Hier kwam het boulevardgevoel weer helemaal terug want toute Barra was hier nog aan het recreëren. Het hotel bleek inderdaad vlak naast de vuurtoren te liggen en nadat we onze intrek hadden genomen en waren opgefrist, hebben we onszelf eerst maar eens getrakteerd op wat welverdiende consumpties en dito maaltijd. We namen dit keer alle drie een typisch Portugees gerecht, Francesinha, waar je moeiteloos de volgende ochtend mee haalt. Afgeblust met een paar glazen rosé zochten we ons bed op. Morgen weer vroeg op de fiets want het beloofd wederom een warme dag te worden.


Cordial saudação

Portugese wegdekken

11 mei 2019 Caminha-Porto Bijna 120 km en bijna 700 hoogtemeters

Vanochtend werden we blij verrast wakker toen we de gordijnen van onze hotelkamer open schoven. Zonnig en een strak blauwe lucht. Dat was al even terug dat we dat hadden gezien. Helaas voor Gerard, ik had een kamer voor mezelf, was dat wakker worden een uur te vroeg. Niet veroorzaakt door hemzelf, Gerard komt vaker in Portugal en weet dus dat het daar een uurtje vroeger is, maar door Rob die dat, hoe kan het ook anders, vergeten was. De vorige avond hadden we het nog besproken en vlak voor het slapen gaan had ik er voor de zekerheid ook nog maar een appje aan gewaagd. Maar ja, Rob hè. Tijdens het ontbijt het volgende momentje, en dan zal ik erover ophouden. In Portugal spreken ze Portugees en dat is wat anders dan dat ze aan de noordkant van de rivier spreken. Want daar spreken ze Spaans. Wat overigens de vorige avond al duidelijk was geworden was dat het hotelpersoneel zich uitstekend van de Engelse taal kon bedienen. Maar goed, Rob wilde warme melk bestellen voor in de koffie, dat is in Spanje en kennelijk ook in Portugal de interpretatie voor een cappuccino, maar, in de war gebracht door alle taalperikelen, begon hij zijn vraag met het woord ice. En ja, dan komt het natuurlijk niet goed.

Na het bepakken van de fietsen, die tijdens de nacht keurig in de lobby van het hotel hadden gestaan vertrokken we vol goed moed naar het zuiden. Het was prachtig weer en al snel bleek dat er ook nog eens een noordenwind stond. En dat is best handig als je naar het zuiden moet. Na enkele kilometers konden de jasjes uit en de vrijkomende blote lichaamsdelen in de zonnebrandcrême. Na eerst een paar kilometer over zandpaden door het bos te hebben gereden belanden we op de boulevard langs een schitterende Atlantische oceaan met direct naast ons de golven die op de rotsen braken, afgewisseld door mooie zandstranden. Waar de boulevard eindigde ging de route over in een fantastisch mooi fietspad met strak asfalt. Dan wordt fietsen een geweldige sensatie. Het was echter niet alleen hosanna want op de plekken waar het, vermoedelijk Europese, geld op was kwam je soms terecht op moeilijk begaanbare paden. Het plaveisel varieerde dan van klinkers en kinderkopjes, meestal schots en scheef in het wegdek aangebracht, tot zandpaden en houten vlonderpaden. Die laatste waren trouwens prima te rijden behoudens dat we die moesten delen met de vele Camino-wandelaars. Het heftigste gedeelte was een zeer stijl dalend pad dat meer leek op een droge rivierbedding met enorme, schots en scheef liggende enorme, platte stenen. Hotsend, botsend en vol in de remmen knijpend kwamen we alledrie gelukkig heelhuids beneden. Ondertussen ook nog vele omhoog zwoegende Camino gangers ontwijkend.

Na enkele uren fietsen naderden we de plaats Viana do Castelo waar zich hoog boven de stad een, volgens Gerard, prachtig bouwwerk bevond. Hij had het kasteel annex kerk in het verleden al eens bezocht. Wilden we echter een kans behouden om ons ambitieuze doel van vandaag, Porto, te halen dan zouden we moeten afzien van een bezoek. Een andere reden was dat het kasteel enkel te bereiken was via een enorm stijl weggetje dat zelfs met de auto moeilijk te bedwingen was. Verder zuidwaarts ging het dus over wegen en weggetjes, voorzien van de eerder genoemde diversiteit aan plaveisels. Wat wel opviel was dat naarmate we dichter bij Porto kwamen de paden langs het strand, voorzien van houten planken, op enig moment verboden terrein werden voor fietsers. Dit ondanks het feit dat de route Eurovelo no.1, die we keurig hadden gedownload op onze Garmin fietscomputer, de weg over de plankjes wel aangaf. Na het bezoek van enkele terrassen, wat met dit weer zeker geen straf was, kwamen we uiteindelijk eind van de middag aan in Porto. Tijdens een koffiestop onderweg hadden we al het hotel geboekt op 200 meter van het centrum. Het adres intikken en erheen rijden is dan nog slechts een formaliteit. Een racefietsers daagde ons op een brede boulevard nog even uit voor een wedstrijdje maar nadat we dat hadden gewonnen en hij vervolgens van links naar rechts zigzaggend door het verkeer begon te schieten hebben we hem maar laten gaan.

Bij aankomst in het hotel bleek dat er eigenlijk geen plaats was voor onze fietsen. Dat leek een flinke tegenvaller maar plotseling bedacht de receptioniste dat er op de eerste verdieping nog een zaal beschikbaar was die kennelijk niet werd gebruikt. Dat betekende wel drie trappen op met de fiets op de schouder. Aangezien het de enige oplossing was hebben we dat maar gedaan en dus staan onze fietsen op de mooiste plek tot nu toe. Het was inmiddels al wel behoorlijk laat geworden dus na de avondmaaltijd in een Taverne om de hoek en een heerlijk ijsje op de weg terug naar het hotel hebben we ons mandje opgezocht. Morgenochtend ontbijten we ergens buiten het hotel en proberen we nog een beetje van Porto op te snuiven. Vervolgens gaat het verder zuidwaarts.


Cordial saudação




De grens over

10 mei 2019 Moaña-Caminha (Portugal) bijna 70 km en ruim 300 hoogtemeters

Na de heftige reisdag van gisteren voelde vandaag bijna als een rustdag. Aangezien we pas om negen uur aan het ontbijt konden hadden we alle tijd om ons voor te bereiden. Het ochtendritueel bestond voor mij voor de verandering eens uit het uitgebreid hanteren van de föhn die in de badkamer hing. Degenen die mij kennen begrijpen dat het niet ging om het drogen van mijn niet meer zo weelderige haardos. Het apparaat bleek wel uitermate geschikt om de fietskleding te drogen. Het 's nachts uithangen van de kleding naast de verwarmingselementen had niet helemaal het gewenste effect gehad waardoor enige nabehandeling met de föhn noodzakelijk bleek. Na het ontbijt hoefden we ons nog steeds niet echt te haasten want de boot naar Vigo, op vijf minuten fietsen van het hotel, ging pas om tien uur. Wat een relaxed begin van de dag! Om kwart over tien stonden we op de kade van de haven van Vigo waar Gerard toch nog weer wat reparatiewerk moest doen aan het schakelgedeelte van de fiets van Rob. Kennelijk had Rob niet genoeg kracht in zijn hand om de schakelknop rond te draaien. Dat ging ook wel zwaar merkte ik toen ik het ook een keer probeerde maar bij Rob ging het kennelijk helemaal niet. Na enig gesleutel door Gerard ging het iets beter maar nog steeds niet soepel. Afijn, eerst maar eens een eindje trappen en mogelijk op een later moment, als er wat meer tijd beschikbaar zou zijn, nog eens zien of er iets meer aan te doen zou zijn. Langs de kustlijn verlieten wij door het drukke havengebied de grote plaats Vigo in westelijke richting. Dat verliep redelijk soepel maar na de koffiestop ergens onderweg hebben Gerard en Rob toch maar de fietsen gewisseld.

Wat ons inmiddels was opgevallen is dat we weer volop wandelaars tegen kwamen die ons steeds vriendelijk en enthousiast een bon Camino wensten. We waren in de veronderstelling dat we het caminogebied na Finisterre achter ons hadden gelaten maar hier op de Camino Portugese kwamen we de pelgrims, vaak voorzien van een bushokje (*), ineens weer volop tegen. Voordeel daarvan is wel dat je onderweg prima de lunch kunt gebruiken. Menu van de dag voor tien euro is vaak prima. Daar hebben we vlak voor de plaats Oia dan ook maar eens gebruik van gemaakt. Het weer van vandaag was vele malen beter dan gisteren. Nog wel af en toe een buitje maar ook veel opklaringen en richting Portugal ook regelmatig een zonnetje. Zelfs de temperatuur kreeg af en toe een aangenaam karakter. Aangezien de boot over de grensrivier, de Rio Miño, pas om kwart voor zes zou varen, hadden we alle tijd om ontspannen naar de laatste Spaanse plaats te peddelen. In A Guarda kwamen we met een zonnetje en een aangename twintig graden rond half vijf bij de veerboot. Daar heeft Gerard in een uurtje de fiets van Rob eens rustig en gedegen onderhanden genomen waardoor het schakelen nu weer soepel verloopt. Ondertussen had ik de tijd om alvast mijn blogje te schrijven. Voor zes euro worden we met onze fietsen over gevaren en laten we Spanje achter ons. Vervolgens belanden we na ongeveer drie minuten fietsen vanaf de boot in een zeer chique viersterren hotel, voorzien van alle faciliteiten. Daar gaan we eens rustig van genieten. We vinden dat we dat nu wel even hebben verdiend voordat we morgen met het Portugese gedeelte van ons fietsavontuur gaan beginnen.

Cordial saudação

(*) zie mijn eerdere blog uit 2013

Wat een dag

9 mei 2019 Noia-Moaña Bijna 100 km en ruim 1.400 hoogtemeters


Het karakter van onze fietstocht begint zo langzamerhand heroïsche proporties aan te nemen. Bij het vertrek uit Noia dachten we nog de dans te ontspringen toen we met slechts lichte druppeltjes van start gingen. Maar zeer snel daarna openden de hemelsluizen zich om, op een paar kleine momentjes na, niet meer dicht te gaan. Vanaf Noia hebben we de kustlijn tijdelijk verlaten om door het binnenland naar Pontevedra te fietsen. Dat betekende direct stevig de hoogte in waar we al snel een vochtig rendez-vouz hadden met het wolkendek waar we zo in reden. Bij ons eerste koffiestopje na een paar uur rijden hadden we al honderden klimmetertjes achter de kiezen. Helaas kreeg Rob steeds meer problemen met het versnellingsapparaat van zijn fiets waardoor het noodzakelijk werd om onze materiaalman, Gerard, in te schakelen. In Vilagarcia de Arousa vonden we na enig zoeken en navragen een fietsenmaker die echter geen verstand bleek te hebben van een Rohloff naaf. Gelukkig had de man wel een mooie werkplaats waar we gebruik van mochten maken om de fiets van nieuwe bekabeling te voorzien. Aangezien we inmiddels tegen twee uur zaten, het sluitingstijdstip van de winkel, begon de vrouw van de winkeleigenaar zenuwachtig heen en weer te lopen. Ze had ook al een zak met etenswaren meegenomen die kennelijk direct na het sluiten van de winkel verorbert diende te worden. Haar man had echter niet zo'n haast en leek vooral veel aandacht te hebben voor de werkzaamheden van Gerard aan de fiets van Rob. Geduldig reikte hij stukken gereedschap aan en scheen zelfs bij met een lampje zodat Gerard goed kon zien wat er gedaan moest worden. Enige tijd na twee uur was de klus geklaard en hebben we ons in een naastgelegen eetgelegenheid eerst maar eens tegoed gedaan aan een flinke hamburger alvorens de route te hervatten.

Die route naar Pontevedra bleek al snel niet de meest boeiende te worden. Langs saaie rechte wegen die voornamelijk werden bezocht door vrachtverkeer die kennelijk de iets verder gelegen tolwegen wilden vermijden. Door de steeds maar neer gutsende regen werd het geraas van het langsrazende verkeer behoorlijk vervelend. Gelukkig bereikten we om een uur of vijf Pontevedra waar we neerstreken voor een koffiepauze om nader te overleggen over het verloop van de route. In eerste instantie hadden we het plan om vandaag de plaats Vigo te bereiken. Dor het reparatieonderhoud aan de fiets van Rob werd al snel duidelijk dat we dat niet zouden halen. Een plaats langs de route naar Vigo, Cobres, leek een aardig hotel te hebben op circa 11 kilometer van Pontevedra. Dat moest, zelfs onder deze erbarmelijke weersomstandigheden, te doen zijn voor zes uur. Daarna ging alles verkeerd. Ik had op mijn fietscomputer alvast de plaats Vigo ingevoerd maar kennellijk vond het apparaatje, waarschijnlijk in de war gebracht door al het water, dat de route met een enorme oostelijke lus moest verlopen terwijl ik juist een westelijke variant had bedacht om in Cobres te komen. Stom natuurlijk om dit niet even te checken maar op dat moment had ik nog een blind vertrouwen in de apparatuur. Vol goede moed en met Rob en Gerard in mijn kielzog, verlieten we door het drukke verkeer en met de nog steeds plenzende regen de plaats Pontevedra. De route, mijn verkeerd geprogrammeerde Garmin dus, joeg ons via smalle weggetjes met beangstigende stijgingspercentages tot 17% totaal de verkeerde kant op. Op enig moment vroeg een automobilist ons waar we naartoe moesten. Met handen en voeten, ons Spaans is niet geweldig, wist hij ons duidelijk te maken hoe we moesten rijden. Ondertussen werd het natter en natter en waren we toe aan een goed hotel en een warme douche niet wetende wat ons nog te wachten stond. Allereerst misten we de aanduiding naar het beoogde hotel in Cobres terwijl we ondertussen al weer vele smalle, stijle weggetjes waren gepasseerd. Vervolgens bleek dat we al veel te ver waren doorgereden en ondertussen al onder de brug stonden waarvan ik had gehoopt dat die ons over het water in de richting van Vigo zou brengen. Dat bleek echter helemaal niet te kunnen. De brug was een tolbrug en slecht toegankelijk voor snelverkeer. Verboden terrein voor voetgangers, fietsers en ander langzaam verkeer. Dat was een fikse tegenvaller. Gelukkig regende het nog steeds stevig door. Daar waren we inmiddels aan gewend. In deze hoek stond inmiddels ook nog een stevige westenwind en dat was dan weer nieuw deze dag. Maar ja, wat nu te doen? De brug was dus geen optie. Terug rijden ook niet want de laatste 15 km hadden we nog nergens een hotel kunnen ontdekken. Dan maar doorrijden dus tot een volgend dorp en hopen dat daar wel iets van onderdak was te vinden. Normaal kijk je dan even op tripadvisor of zoiets maar door de hozende regen was alles zo vochtig geworden dat zelfs de apparatuur begon te sputteren. En zo moeilijk kon het toch niet zijn om langs de kustweg iets te vinden. Na enkele kilometers zag ik een tankstation waar ik toch maar eens ging vragen of er aan deze kant van het water nog een hotel te vinden was. Bovendien was ik erg benieuwd of er nog ergens een veerboot naar Vigo zou gaan. Als dat niet zo was zouden we immers vele kilometers terug moeten rijden om toch de oostelijke route langs het water te nemen naar Vigo. Gelukkig dienden zich toen de eerste meevallen van de dag aan. Ten eerste was er volgens de pompbediende na enkele kilometers een hostel te vinden en in de plaats Moaña ging een veerboot naar Vigo. Dat was mooi. Fietsen dus maar weer terwijl onze tellertjes inmiddels al ruim boven de negentig kilometer aangaven en de moed samen met het regenwater in de schoenen was gezonken. Uiteraard misten we weer het hostel en rond half negen stonden we in Moaña waar we wonder boven wonder een hotel vonden. Dat bleek een goed hotel waar we tevens een prima avondmaaltijd, ik denk de beste tot nu toe, hebben genuttigd. Moe maar toch wel voldaan hebben we daarna ons bed opgezocht. Morgen gaat de reis verder met eerst de Ferry naar Vigo en later op de dag de Ferry over de grensrivier met Portugal. Door Gerard is het hotel in Portugal reeds geboekt.


Hasta Mañana.


8 mei 2019 van Finisterre naar Noia

8 mei 2019 Finisterre-Cabo Finistere-Finisterre-Noia 90 km en ruim 1.100 hoogtemeters.


Toen ik vanochtend Wim uit zijn bed zag komen dacht ik van alles maar het woord fietsen zat daar niet bij. De fietstocht van gisteren is toch wel een aanslag op zijn welbevinden geweest en ik denk dat zijn besluit om de tocht af te breken verstandig is. Wellicht had hij er beter überhaupt niet aan moeten beginnen gelet op zijn rugklachten en weinige trainingskilometers maar ik vind het wel weer knap dat hij de rit van gisteren op karakter heeft uitgereden. Daarmee wel de totale tocht van Apeldoorn naar Finisterre completerend. Ondanks dat alles was ik toch een beetje jaloers op hem maar om een geheel andere reden. Vroeg in de ochtend werd ik namelijk gewekt door een striemende regen op de ramen en een gierende wind om het hotel. Voorzichtig keek ik op de app van buienradar en zag in het weerbericht de tekst: regen, regen en nog eens regen in Finisterre. Twee gedachten kwamen toen bij me op. De eerste was: goh, die Wim boft maar. Die hoeft die ellende niet mee te maken. En de tweede was: wat heb ik de heer of mevrouw Pluvius (met die Grieken weet ik het nooit zo goed) aangedaan behoudens een eervolle vermelding in mijn blog van gisteren. Maar goed, na het ontbijt moest het dan toch gaan gebeuren. Het afscheid van Wim, die inmiddels de repatriëring van fiets en bagage had geregeld alsmede zijn eigen terugvlucht en de start van de tweede etappe van de fietstocht. Ik zal jullie de emotionele details van het afscheid van Wim besparen maar leuk is het natuurlijk niet. Rob, Gerard en ik wensen Wim een goede reis naar huis en we gaan proberen om er met z'n drieën nog een leuke tocht van te maken. Die tocht ging in eerste instantie naar het uiterste puntje van het schiereiland waar Finisterre op ligt. Dat punt lag op 3,5 km van ons hotel en was vroeger (heel erg vroeger) het eind van de wereld. Na wat fotomomentjes bij de vuurtoren, waar we zowat van de rotsen werden geblazen door de harde westenwind, ging de rit terug naar Finisterre, waar we wat water en reepjes hebben ingeslagen en door naar Cee. Daar waren we gisteren ook al doorgekomen maar nu vervolgden we onze rit langs de kustweg. Wonder boven wonder was het inmiddels droog geworden, waarvoor dank Pluvius, en hoefden we alleen nog maar de nog steeds harde wind te trotseren. Inmiddels liet ook de zon zich af en toe zien en werd de route mooier en mooier. De kustroute voerde ons langs rotsachtige kliffen en diverse baaien alsmede pittoreske vissersplaatsjes. Aangezien de route op een gegeven moment in oostelijke richting voerde, werd de wind ineens onze vriend. Langs een rotsachtige kust blijft de weg wel steeds op en neer gaan, uiteindelijk maak je dan toch nog ruim 1.100 hoogtemeters over de hele dag, maar de prachtige omgeving maakt veel goed. Na ongeveer 90 km vanaf de start arriveerden we in de plaats Noia waar we onze intrek hebben genomen in hotel Noia, heel toepasselijk. Aangezien we hier gezellig op één kamer liggen krijg ik wel de gelegenheid om de Robbiemomentjes goed mee te krijgen. Zo viel het op dat hij wel heel lang en met een ontevreden gezicht op z'n telefoon zat te prutsen. Na wat doorvragen wat hij nu eigenlijk zat te doen bleek het volgende. Voor het vertrek uit Nederland had hij heel zorgvuldig in zijn notities-app een lijst samengesteld met de exacte inhoud van zijn fietstassen. Van Gerard begreep ik dat hij die lijsten vanochtend had gewist maar Rob was daar zelf kennelijk nog niet van overtuigd. De informatie bleek echter toch echt verdwenen. Jullie kunnen je de puinhoop die inmiddels in zijn tassen, hij heeft er vier, is ontstaan goed voorstellen. Gerard en ik moeten nu noodgewongen leven met ernstige vertraging bij het vertrek. Op dit moment hebben we een pizzeria gevonden in Noia voor de avondmaaltijd waar we tevens de halve finale Ajax tegen de Spurs kunnen aanschouwen. Morgen vroeg op en richting Portugal.

Hasta Mañana

7 mei 2019 Van Santiago naar Finisterre 90 km

7 mei 2019 Eindelijk fietsen en kater na afloop


Op 7 mei was het dan eindelijk zover. Na een aantal dagen in de auto stonden we min of meer te trappelen om van start te gaan. Gisteren hebben we nog een rustige transportdag gehad waarbij het meest verheffende moment nog de lunch was die we ergens langs de snelweg hebben genuttigd. Daar kun je voor 10€ een hoop eten bestellen met wisselende kwaliteit. Zo was de spaghetti als voorgerecht prima maar bij de steak in de tweede gang ging ik toch om me heen kijken of er wellicht mensen in het etablissement zaten die het zonder schoenzolen moesten doen. Dat bleek mee te vallen.

Rond een uur of vijf hebben we het hotel betrokken in Santiago waar we ons eerst maar eens tegoed hebben gedaan aan een paar biertjes. Daarna het centrum ingelopen voor een weerzien met het eindpunt van zes jaar geleden. Helaas stond de kathedraal van binnen grotendeels in de steigers waardoor we niet konden genieten van de volle pracht van het godshuis. Jacobus konden we nog wel over z'n bolletje aaien en nadat we dat hadden gedaan hebben we ons in een nabij gelegen restaurantje laten vergasten op de Spaanse lekkernijen.

Na een nachtrust die in de vroege ochtend werd verstoord door het gekletter van regen, werd het dan toch tijd om ons op te maken voor de eerste etappe naar Finisterre. Enigszins onwennig met de kledingkeuze en het werkbaar krijgen van de navigatieapparatuur zijn we dan vertrokken in westelijke richting. Eerst hebben we uiteraard nog afscheid genomen van Ruud die met de bus van Gerard en een deel van onze bagage vandaag naar Albufeira zou rijden. Vlak voor het vertrek hadden we trouwens nog een Wim- in plaats van een Robbiemomentje. Dat bestond eruit dat Wim kans had gezien om zijn snelbinder tussen de aandrijfriem en het tandwiel te krijgen waardoor de riem eraf was gelopen. Gelukkig is Gerard op dat soort momenten nooit ver weg. Pluvius was ons inmiddels wat milder gestemd en onder nagenoeg droge omstandigheden werden de eerste kilometers afgelegd. Die gingen overigens flink naar beneden dus van het testen van onze beenspieren werden we nog even gespaard. Maar dat werd snel anders want het is een bekend verschijnsel dat er na afdalingen altijd weer beklimmingen volgen. Nou, die hebben we behoorlijk voor de kiezen gehad vandaag terwijl ook de wind stevig tot later behoorlijk hard uit de verkeerde richting kwam. Uiteindelijk werden er ongeveer 90 km afgelegd vandaag met ruim 1.200 hoogtemeters. Op de fietscomputer werden regelmatig stijgingspercentages gezien van boven de 10% met uitschieters naar 17%. Knap heftig voor zo'n eerste dag en, naar later bleek, voor Wim te heftig. Gisteren maakten we ons al een beetje zorgen of het goed zou gaan met zijn rug waar hij mee liep te tobben. Dat leek in het eerste gedeelte van de tocht van vandaag eigenlijk best goed te gaan maar gaandeweg het traject kreeg Wim steeds meer moeite om de lastige hellingen te bedwingen. Dat heeft hem doen besluiten om de fietstocht af te breken en naar huis te gaan. Dat voelt voor onze fietsgroep natuurlijk als een soort amputatie maar we moeten het besluit van Wim respecteren want hij kan als enige aanvoelen wat de inspanningen met zijn lijf doen. We blijven wel met een katerig gevoel zitten en wensen Wim een goede thuisreis en een goed herstel. Morgen gaan Gerard, Rob en ik verder met onze reis in zuidelijke richting.

Overigens hoorden we ondertussen dat Ruud was gearriveerd in Albufeira en onder de indruk was van het appartementencomplex en de aanbiedingen van de bar en het restaurant.

Hasta Mañana.


Onderweg naar Santiago

6 mei 2019 Op weg naar de start in Santiago


Vandaag zitten we een groot gedeelte van de dag in de auto om tegen het eind van de middag te arriveren bij ons hotel in Santiago. Vertrokken om een uur of negen vanuit San Sebastián met een strakblauwe lucht over een mooie kronkelende snelweg in westelijke richting. Het beloofd een mooie dag te worden.

Gisteren hadden we overigens ook een prima reisdag waarbij we zelfs in de auto nog de voor Ajax gunstig verlopen bekerfinale hebben kunnen volgen. Het had overigens weinig gescheeld of dat feestje was niet doorgegaan omdat Rob, ja hij weer, roet in het eten had gegooid. Wat was er nu gebeurd? Rob zit op de achterbank van de bus, min of meer veilig in het midden tussen Ruud en mij. De laatst genoemden dachten daarmee de zaak voldoende onder controle te hebben teneinde ongelukken te voorkomen. Maar nee, op een onbewaakt moment begon Rob zich te bemoeien met het opladen van de telefoons en iPads, zeer noodzakelijke apparatuur voor het aanschouwen van de voetbalwedstrijd. En ja, jullie raden het al, niets deed het meer. Het vermoeden dat de zekering voor de sigarettenaanstekers het had begeven werd bewaarheid bij onze volgende stop. Nadat we de zekering hadden vervangen konden we onze tocht vervolgen. We hebben nog wel overwogen om bij Rob de handen op de rug te binden met knelstripjes maar dat hebben we toch maar niet gedaan. Wellicht hebben we die dingen later nog nodig op onze fietstocht.

Na de wel wat lange reisdag van bijna 1.000 km kwamen we rond een uur of acht bij het hotel wat Gerard tijdens eerdere reizen al had bezocht. Dat bleek een prima keus te zijn. Mooi uitzicht over de stad en keurige kamers met goed sanitair. De avondmaaltijd hebben we genuttigd bij restaurant La Perla op de boulevard van San Sebastián. Ook dat bleek een uitstekende keus.

Zoals reeds gemeld zijn we dus vanochtend rond negen uur vertrokken nadat we van een heerlijk ontbijt hebben genoten. Ook in Spanje weten ze inmiddels wel een beetje hoe een goed ontbijt eruit moet zien. De vertrektijd kan overigens best wat vroeger maar de laatste dagen blijkt dat we veel tijd nodig hebben voor het ontbijt. Niet zozeer het verorberen van de uitgekozen ingrediënten is het probleem maar wel het uitwisselen van alle wetenswaardigheden uit de Apeldoornse ondernemerswereld tussen Ruud en Wim. Tjonge jonge, wat zijn dat een stel roddelbroeders. Wikipedia is er niets bij. Ik heb ze al voorgesteld dat ze maar eens samen een boek moeten gaan schrijven wat vermoedelijk nooit gaat gebeuren. Overigens kon Gerard ook nog een aardige duit in het zakje doen. Rob was op dat moment nog met heel andere dingen bezig waarover ik om uiteenlopende redenen op dit moment verder niet kan, wil en mag uitweiden.

Afijn, even genoeg over ons illustere gezelschap. Het wordt tijd om ons te gaan focussen op de fietstocht die we vanaf morgen gaan beginnen. De eerste etappe zal gaan van Santiago naar Finisterre aan de Spaanse westkust, naar verluid het meest westelijke puntje van Europa en eindpunt van de eigenlijke pelgrimstocht. De route haal ik nog uit het boekje van Clemens Sweerman waarin keurig staat beschreven hoe we de bijna 100 km moeten afleggen. Vanaf Finisterre naar het zuiden wordt vermoedelijk meer improviseren omdat we daarvan geen boekje hebben maar de route op fysieke kaarten en met behulp van onze fietscomputers moeten vinden. Maar daarover later. Eerst dus naar Santiago, een weerzien met ons eindpunt van zes jaar terug.

Hasta Mañana.


Vertrek en onderweg

5 mei 2019 Vertrek en onderweg


Gisteren zijn we vertrokken vanuit Nederland voor onze fietstocht van Santiago de Compostella in noord-Spanje naar Albufeira in het zuiden van Portugal. Nou ja, met de auto dan. Of beter, met de mooie bestelbus van Gerard waar onze fietsen en alle bagage keurig achterin staan terwijl wij met z'n vijven in de comfortabele cabine voorin zitten. In 2013 hebben Rob, Wim, Gerard en ik per fiets al de tocht van Apeldoorn naar Santiago volbracht. Het feitelijke einddoel, Finisterre, hebben we toen niet gehaald. In Santiago kreeg Gerard namelijk het bericht dat het erg slecht ging met zijn schoonvader waarna we toen hebben besloten om de tocht af breken en direct terug te rijden naar huis. Tamelijk bizar vind ik het dat onze huidige tocht bijna geen doorgang kon vinden omdat de schoonmoeder van Gerard slecht werd en pas zeer onlangs is overleden. Toeval bestaat niet wordt er wel eens gezegd.

Maar goed, gisteren dus ons vertrek uit Nederland voor de eerste korte etappe die ons in de Franse plaats Amiens heeft gebracht. Tenslotte moeten we wel eerst de ruim 2.000 km overbruggen om ons startpunt in Santiago te bereiken. Daar hopen we op 7 mei onze fietstocht te beginnen voor de eerste etappe naar Finisterre en vanaf daar vervolgens in zuidelijke richting.

Over Amiens valt verder niet zoveel te melden. Het is een wat troosteloze stad met als belangrijkste landmark een lelijke grote toren die overal bovenuit torent tegenover het station met een bijzondere overkapping over het gehele plein voor het station. Ik zal met deze kwalificatie de stad ongetwijfeld tekort doen want er schijnt ook nog een mooie kathedraal te staan. Maar zover zijn we gisteren niet gekomen.

In die buurt stond ons sobere maar verder prima hotel en hebben we in een Ierse pub de avondmaaltijd genuttigd.

De trouwe lezers van deze blog zullen inmiddels wel denken: en, hoe zit het met de Robbiemomentjes? Dat moet ik dan voor de nieuwe lezers wel eerst even uitleggen. Een Robbiemomentje heeft betrekking op onze oudste deelnemer, de heer Rob Oostendorp. Hij hoopt overigens eind van de maand de mooie leeftijd van 75 jaar te bereiken wat eigenlijk ook een beetje de aanleiding is om onze aanstaande tocht te ondernemen. Maar nu dat Robbiemomentje. Dat definiëren wij als een gekke, vaak gênante maar altijd hilarische gebeurtenis waarbij Rob betrokken is. Vaak initieert hij die momenten zelf maar op de een of andere manier overkomt het hem bijna dagelijks. Na al die jaren is het Wim, Gerard en mij nog steeds niet duidelijk geworden wat nu de precieze aanleiding is voor dit bijzondere verschijnsel.

De twee kleine, we zijn tenslotte nog maar net vertrokken, momentjes van gisteren wil ik u niet onthouden. Ik zit deze blog te schrijven in de bus op weg naar onze eindbestemming van vandaag, San Sebastián in Spanje, dus ik heb er nog wel even de tijd voor. Overigens zit ik pal naast Rob dus ik moet een beetje uitkijken met wat ik schrijf. Het eerste momentje, ik zal u de, vooral gênante, momentjes van in de auto besparen, deed zich voor in het hotel. Bij aankomst bij de receptie bleek namelijk dat het receptiepersoneel zich vooraf goed had voorbereid op het intelligentieniveau van onze Rob. Ze hadden namelijk, ik heb het echt nog nooit eerder gezien, een miniatuur replica van het slotgedeelte van de hoteldeur op de balie van de receptie gezet. Daarmee begon de arme receptioniste heel precies aan Rob uit te leggen hoe hij zijn hotelkamerdeur open zou moeten maken. Zij kon ook niet weten dat dit zinloos was want dit soort voorbeeldgedrag is aan Rob niet besteed. En ja hoor, even later stond Rob hulpeloos voor zijn hoteldeur te klooien en moest hij met het schaamrood op de kaken weer terug naar de receptie. Tja.

Het volgende moment deed zich voor in het restaurant waar we eerst wat biertjes hebben besteld. Rob had wel zin in een Affligem blond wat ik ook wel een goed idee vond. Rob bestelde een klein glas en ik een grote. Vervolgens komt de serveerster terug om bij mij het grote glas neer te zetten en aan Rob te melden dat het vat nu leeg was. Tja. Het verhaal werd bijna nog mooier toen ik na enige tijd een nieuwe Affligem wilde bestellen en de serveerster doodleuk naar de bar liep om dat te gaan regelen. Het gezicht dat Rob toen trok kunt u wel raden neem ik aan. Helaas voor het verhaal kwam zij toch na enkele minuten melden dat de Affligem, helaas, toch echt op was.

Daarna hebben we het hotel maar opgezocht en na een goede nachtrust en een prima ontbijt zijn we nu onderweg naar onze volgende stop in San Sebastián waar we begin van de avond hopen te arriveren. Een gedeelte van de passagiers in de bus zit zich al aardig zenuwachtig te maken voor de bekerfinale die dan in volle gang is in Nederland.


A Demain. Hasta Mañana.